Tijdelijke invoer is een douaneregeling die het mogelijk maakt om goederen tijdelijk te gebruiken binnen de Gemeenschap. Na dit tijdelijk gebruik moeten de goederen weer in ongewijzigde staat buiten de EU worden gebracht. U mag onder voorwaarden kleine reparaties en onderhoud uitvoeren.

In het kort

Wilt u niet-Uniegoederen tijdelijk invoeren in het douanegebied van de Unie? Dan kunt u deze goederen met de regeling ‘Tijdelijke invoer’ een specifieke bestemming geven, zoals sportdoeleinden of tentoonstellingen, zonder dat u invoerrechten of volledige invoerrechten hoeft te betalen.

Vergunning

Over het algemeen is een vergunning nodig voor het toepassen van de regeling. In de praktijk wordt deze vergunning verleend op de aangifte. Dit houdt in dat het aanvaarden van de aangifte automatisch betekent dat vergunning wordt verleend, zelfs als deze aangifte mogelijk wordt gedaan of door een andere handeling.

Vereenvoudigde aanvraag

In een aantal gevallen kunt u deze vergunning vereenvoudigd aanvragen. Deze vereenvoudigde aanvraag doet u door een aangifte tot plaatsing van goederen onder de regeling in te dienen met de standaard aangifteprocedure. De douaneaangifte wordt beschouwd als aanvraag voor de vergunning. U geeft dan aanvullende gegevens door met de Opgave Aanvullende gegevens en voorwaarden bij aanvraag vergunning op aangifte. (Bron: belastingdienst).

Zekerheid stellen

In bepaalde gevallen hoeft u geen zekerheid te stellen. Bijvoorbeeld voor goederen die u mondeling kunt aangeven en verpakkingsmiddelen die u leeg onder de regeling plaatst.

Plaatst u de goederen met een ATA-carnet of CPD-carnet onder de regeling Tijdelijke invoer? Dan hoeft u geen zekerheid te stellen. De instanties die deze carnets afgeven, staan garant bij het eventueel ontstaan van een douaneschuld.

Soorten tijdelijke invoer

We onderscheiden twee soorten invoer:

  1. Vervoermiddelen
  2. Andere goederen

Ad1. De schorsing van rechten heeft betrekking op vervoermiddelen die al in gebruik zijn en dit ook blijven. Handelsvoorraden van vervoermiddelen zijn uitgesloten evenals vervoermiddelen die na gebruik in het buitenland in dat land ingevoerd en verhandeld worden.

De tijdelijke invoer bijvoorbeeld van de vervoermiddelen van buitenlandse toeristen die op grond van hun kenteken met vrijstelling worden toegelaten. De vrijstelling geldt alleen voor het buitenlandse (derde landen) kentekennummer gekoppeld aan de betrokken buitenlandse chauffeur. Hierbij maken we onderscheid tussen de bepalingen van de DWU en de nationale bepalingen, zoals de Wet BPM. Op  grond van de wet BPM is het verboden dat een Nederlandse ingezetene in Nederland achter het stuur van een auto met een buitenlands kenteken wordt aangetroffen. Een met vrijstelling van rechten bij invoer toegelaten vervoermiddelen mag maximaal 12 maanden in de EU verblijven en moeten binnen die termijn worden wederuitgevoerd.

Ad2. In het algemeen betreft het hier goederen die meer dan een onbeduidende waarde hebben. Zo bestaan er volledige vrijstellingen voor;

  • Containers; dit geldt slechts voor containers in internationaal vervoer. Ongeacht of de omstandigheid of de containers in eigendom toebehoren aan een buiten-of binnen de EU gevestigde ondernemer. Binnenlands gebruik is slechts in zeer beperkte mate toegestaan.
  • Verpakkingsmiddelen: de vrijstelling heeft betrekking op het tijdelijk in te voeren verpakkingen op voorwaarde dat;
    • Wanneer zij gevuld worden ingevoerd, zijn bestemd zijn om leeg of gevuld te worden wederuitgevoerd.
    • Wanneer zij leeg worden ingevoerd, zij bestemd zijn om gevuld te worden wederuitgevoerd.
  • Beroepsuitrusting
  • Tentoonstellingsgoederen/ bestemd zijn om te worden getoond/gebruikt; enkel van toepassing op goederen die bestemd zijn om op tentoonstellingen en dergelijke te worden getoond. De maximale verblijfstermijn is 24 maanden na de invoer.
  • Opvoedkundig en wetenschappelijk materiaal
  • Medisch-, chirurgisch- en laboratoriummateriaal
  • Materiaal ter bestrijding van de gevolgen van rampen
  • Andere gevallen van tijdelijke invoer met volledige vrijstelling (bijvoorbeeld monsters met aanzienlijke waarde, films, reizigersbagage).

Voor deze vrijstellingen is een vergunning vereist.

Gedeeltelijke vrijstelling

Volgens DWU mogen ook in andere gevallen een gedeeltelijk vrijstelling worden voorgeschreven. Dit kan zich voordoen wanneer de desbetreffende goederen niet worden genoemd, of wanneer niet aan alle gestelde voorwaarden wordt voldaan.

Geen gedeeltelijke vrijstelling

  • Verbruiksgoederen
  • Goederen die wegens hun economische levensduur, tijdens hun verblijf in de EU praktisch geheel kunnen worden afgeschreven.

Bedrag vrijstelling

Het bedrag van de vrijstelling is afhankelijk van de verblijfsduur van de goederen in de gemeenschap. Het verschuldigde bedrag aan rechten bij invoer is vastgesteld op 3% per kalendermaand waarin de goederen in de EU verblijven, van de rechten die bij invoer verschuldigd zouden zijn geweest indien de goederen in het vrije verkeer zouden zijn gebracht (dus met volledige betaling).

Achtergrond info

Voor meer achtergrond info over het bepaalde douaneregelingen, raadpleegt u ons Kenniscentrum. Onze consultants helpen u graag verder bij vragen over het gebruik van bepaalde douaneregelingen of omtrent vergunningen.